De belangrijkste uitgangspunten bij deze overeenkomst zijn:
- De overeenkomst heeft het karakter van een inspanningsverplichting;
- De zorgplichten (van gemeenten, waterschap en drinkwaterbedrijven) staan niet ter discussie;
- Partijen bouwen voort op wat al bereikt is, organisch doorgroeien staat voorop;
- Er dient ruimte te zijn voor specifieke situaties zoals: relatie met andere ketens, organisaties zoals netbeheerders, kennisinstellingen en samenwerking met meer waterschappen en/of andere gemeenten;
- Koers en richting voor het NAD wordt gezamenlijk bepaald aan de Bestuurlijke Watertafel. Dit na interne consultering of besluitvorming bij de partners;
- Bestuurlijke besluitvorming verloopt dus intern bij de partijen zelf;
- De partijen leveren capaciteit voor projecten uit de samenwerkingsagenda;
- De deelnemers in de projecten organiseren de financiering voor de projecten zelf en lossen zelf uitvoeringsvragen op;
- De partijen onderstrepen dat deze overeenkomst het vertrekpunt is voor verdere samenwerking en niet het eindpunt.